In een dorp woonde een meisje. Moeder naaide haar een rode hoed en het meisje droeg het altijd. De mensen begonnen het meisje "Roodkapje" te noemen. Toen de moeder tegen Roodkapje zei:
- Ga, breng mijn grootmoeder mee en haal haar cake en een pot met boter weg!
Roodkapje nam de cadeautjes en ging. Ze liep door het bos. Plotseling kwam er een wolf haar tegemoet in het bos.
"Hallo, Roodkapje."
"Hallo, wolf."
- Waar ga je heen?
"Ik ga naar mijn grootmoeder." Ze is oud, ze kan niet lopen, dus breng ik haar boter en gebak.
"Waar woont je grootmoeder?"
- En daar, achter het bos, het dorp, dus in het huis, aan de rand.
"Nu Roodkapje, wie van ons komt het eerst?"
En de Wolf begon te rennen, en Roodkapje begon paddenstoelen en bessen te nemen en vergat de wolf. De wolf kwam voor de Roodkapje, vond het huis van zijn grootmoeder en duwde de deur open. Grootmoeder vroeg:
"Wie is daar?"
De wolf zei:
"Ik ben het, oma, Roodkapje."
Grootmoeder zei:
- Hef op, kleindochter.
De wolf kwam binnen, sprong op het bed van zijn grootmoeder, at het op en zette de hoofddoek van zijn grootmoeder op en ging naar bed. Toen Roodkapje kwam, duwde ze de deur open en de wolf zei tegen haar:
- Hef op, kleindochter.
Roodkapje kwam binnen, ging naar bed en zei:
- Hallo, oma! Waarom heb je zulke grote ogen?
En de wolf zei:
"Om beter naar je te kijken, kleindochter."
En waarom heb je zulke grote tanden?
"Om je te eten, kleindochter!"
De wolf greep haar en at het op. Only Little Red Riding Hood en had tijd om hardop te huilen. Haar geschreeuw werd gehoord door de houthakkers; ze kwamen het huis binnen, scheurden de buik van de wolf open en kwamen van grootmoeder en kleindochter ongedeerd tevoorschijn.
Brak komentarzy:
Prześlij komentarz